Een verantwoorde toeleveringsketen
Onze aanpak
Wij streven ernaar de maatschappelijke en milieunormen in de hele toeleveringsketen op te verhogen door samen met onze leveranciers te werken aan het verbeteren van hun prestaties op het gebied van sociale en ecologische duurzaamheid, waarbij zij hun eigen toeleveringsketenbeheer integreren. We passen erkende sociale en ecologische duurzaamheidsnormen toe in onze inkooppraktijken en helpen zo onze reputatie te behouden en een echt verschil te maken voor de toekomst van deze planeet en onze maatschappij.
Het aankoopbeleid is een belangrijk element in het engagement van Proximus als bedrijf. De aankoopdienst wil ervoor zorgen dat leveranciers bij de levering van hun producten en diensten meer doen dan louter hun wettelijke verplichtingen vervullen door sociale, maatschappelijke, ethische en duurzame aspecten een plaats te geven. We moedigen onze leveranciers ook aan ervoor te zorgen dat hun eigen leveranciers op dezelfde manier omgaan met maatschappelijk verantwoord ondernemen.
De procedure voor de selectie van Proximus-leveranciers berust op een aantal vooraf bepaalde criteria in het kader van de Business Principles of Procurement. Deze selectiecriteria omvatten nu ook duurzaamheidsvereisten die in de MVO-clausule worden uiteengezet.
Het selectieproces van de leveranciers van Proximus is gebaseerd op een aantal vooraf bepaalde criteria in het kader van de "Business Principles of Procurement". Momenteel omvatten deze selectiecriteria ook duurzaamheidseisen, die in de "Gedragscode voor Leveranciers" zijn opgenomen.
Onze code is gebaseerd op de volgende internationale normen:
-
De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens van de Verenigde Naties
- De conventies van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO)
Gedragscode voor Leveranciers
De Ethische aankoopcode werd opgesteld om veilige en eerlijke werkomstandigheden te promoten en de verantwoordelijkheden op het vlak van maatschappij en milieu na te komen.
Deze code wordt als bijlage bij bestaande en nieuwe contracten gevoegd in de vorm van een verplicht addendum dat door de leveranciers moet worden ondertekend als bevestiging van hun engagement.
Gemeenschappelijke aanpak van de sector
We maken gebruik van een extern platform (EcoVadis) dat onze leveranciers een tool biedt waarmee ze hun prestaties op vlak van maatschappelijke en ecologische duurzaamheid kunnen meten. Dit platform stelt ons in staat om:
- de MVO-informatie van onze belangrijkste leveranciers en highriskleveranciers verzamelen in een algemene gestandaardiseerde tool;
- de resultaten van de zelfevaluatievragenlijst (SAQ - Self Assessment Questionnaire) evalueren en herzien/valideren;
- de “best practices” consulteren per onderwerp om te helpen een verbeteringsplan op te stellen om de MVO-normen te verhogen.
Een gemeenschappelijke auditbenadering
In september 2011 werd Proximus lid van het JAC (Joint Audit Cooperation), dat naast Proximus ook bestaat uit 16 andere wereldwijde telecomdienstverleners, die 60% van de wereldwijde uitgaven voor telocommunicatie vertegenwoordigen. De audits worden uitgevoerd door derden in de gebouwen van de leveranciers.
De resultaten van de audits worden gedeeld met de leden van de JAC, wat de nodige kostenefficiëntie waarborgt. Conform specifieke vertrouwelijkheidsovereenkomsten wordt de toegang tot die resultaten echter beperkt tot de leden van de JAC enerzijds en de individuele, geauditeerde leveranciers anderzijds.
Duurzaamheid en Circulariteit als aankoop- en selectiecriterium
Duurzaamheidskwalificatieproces
Ons doel om de MVO-normen van onze leveranciers te verhogen wordt vertaald in het onderstaande kwalificatieproces.
Jaarlijkse evaluatie van de leveranciers (MVO-campagne)
Om zeker te zijn dat onze programma's voor de evaluatie van onze leveranciers verlopen volgens onze eigen waarden, ons engagement ten opzichte van onze eigen klanten en de verwachtingen van de markt, evalueren we onze leveranciers via EcoVadis. EcoVadis gebruikt een softwareplatform dat is toegespitst op de toeleveringsketen en waarmee de prestaties van onze leveranciers op sociaal en milieugebied kunnen worden beheerd. Zo kunnen we de MVO-risico's verminderen en tegelijk duurzame en circulaire vernieuwing ondersteunen.
We integreren de maatschappelijke en ecologische duurzaamheid in de selectiecriteria van onze aanbestedingen. Niet-naleving kan een uitsluitingscreteria zijn.
We voegen maatschappelijke en milieutechnische duurzaamheid en circulaire criteria toe, met inbegrip van een verantwoorde aankoop van mineralen in onze aanbestedingen.
Integratie van duurzaamheid en circulariteit in onze dagelijkse activiteiten
We volgen incidenten op en vragen onze leveranciers de nodige acties te ondernemen.
Duurzaamheid maakt deel uit van onze aankoopcategorieplannen en van onze scorekaarten voor Supplier Relationship Management, die we samen met onze belangrijkste strategische leveranciers opstellen.
Onze jaarlijkse doelstellingen en engagementen inzake duurzaamheid en circulariteit zijn opgenomen in het Proximus-jaarverslag. Tussentijdse rapporten worden regelmatig voorgelegd aan het MVO-managementcomité en het Proximus Management Committee.
Investment Recovery & Waste
De Proximus Groep beschikt over gespecialiseerde teams voor de ecologische en economische optimalisering van surplus- en afvalstromen. Deze teams hebben een grondige kennis van de milieuwetgeving, de richtlijn inzake afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (Waste Electrical and Electronic Equipment Directive of WEEE-richtlijn) en de globale markt voor surplusverkoop.
RoHS-richtlijn (beperking van het gebruik van gevaarlijke stoffen)
Het Koninklijk Besluit van 12 oktober 2004 gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 20 oktober 2004, gewijzigd door het Koninklijk Besluit van 14 juni 2006 (gepubliceerd op 22 juni 2006), van 10 december 2007 (gepubliceerd op 18 december 2007) en van 2 juli 2009 (gepubliceerd op 17 juli 2009) inzake het voorkomen van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur, legt de fabrikanten drie verplichtingen op.
Eerste verplichting
Sinds 1 juli 2006 is het verboden om nieuwe IT- of telecommunicatieapparatuur, games of entertainmentmateriaal met lood, kwik, cadmium, hexavalent chroom, polybroombifenylen (PBB's) en polybroomdifenylethers (PBDE's) te commercialiseren.
Tweede verplichting
De fabrikanten dienen de nodige maatregelen te nemen om gebruikers van elektrische of elektronische apparaten voor privédoeleinden via gebruikershandleidingen de nodige informatie te bezorgen over:
- het verbod om AEEA (afgedankte elektrische en elektronische apparaten) weg te gooien als restafval en de verplichting deze apart te verzamelen;
- de beschikbare systemen voor het terugbrengen en inzamelen van dergelijk afval;
- hun bijdrage tot het hergebruik, de recyclage en andere vormen van recuperatie van AEEA;
- de potentiële effecten van gevaarlijke substanties in elektrische en elektronische apparaten op het organisme en de gezondheid van de mens;
- de betekenis van het volgende symbool:
De fabrikant en de verdelers dienen deze informatie in alle verkooppunten gratis ter beschikking te stellen van potentiële kopers.
Derde verplichting
De fabrikant dient de volgende informatie op gepaste wijze aan te brengen op de elektrische en elektronische apparaten die na 13 augustus 2005 op de markt werden gebracht.
Definitie van 'fabrikant':
- elke persoon die in België elektrische en elektronische apparaten fabriceert en verkoopt onder zijn eigen merk;
- elke persoon die onder zijn eigen merk, in België, apparaten doorverkoopt die werden gefabriceerd door andere leveranciers (de doorverkoper wordt niet beschouwd als 'fabrikant' indien het merk van de fabrikant zoals gedefinieerd in punt 1 op het apparaat vermeld wordt);
- elke persoon die elektrische en elektronische apparaten professioneel importeert in België of deze commercialiseert in een andere lidstaat van de EU.
Chemische stoffen en preparaten - REACH- en CLP-verordening
Algemeen
In het kader van de implementering van het GHS (Globally Harmonized System) met betrekking tot chemische stoffen en preparaten, moeten de leveranciers voldoen aan:
- de REACH-verordening (1907/2006/EU);
- de CLP-verordening (1272/2008/EU).
Deze verordeningen zijn ook van toepassing op de fabrikant bij wie de chemische producten, stoffen en preparaten worden gekocht voor levering in België.
Daartoe moeten de fabrikanten of hun erkende agenten voldoen aan de registratieplicht voor chemische stoffen die worden gebruikt in hun productieprocessen (zelfs als de fabrikant buiten de EU gevestigd is).
De fabrikanten of hun erkende agenten dienen te voldoen aan de verplichting om te etiketteren zoals voorzien in de CLP-verordening.
De leveranciers moeten Proximus het veiligheidsinformatieblad of SDS (Safety Data Sheet) bezorgen zoals bepaald in de REACH-verordening, ten laatste op 15/11/2010 voor chemische stoffen die aan Proximus werden geleverd, en ten laatste op 31/12/2014 voor preparaten en stoffen die deze bevatten die aan Proximus werden geleverd. Deze verplichting is ook van toepassing op chemische stoffen en preparaten die bedoeld zijn om uit voorwerpen vrij te komen. De veiligheidsinformatiebladen moeten blootstellingsscenario's bevatten om niet-voorzien gebruik te kunnen bepalen. De leveranciers van chemische stoffen en preparaten dienen desgevallend aan Proximus alle vastgestelde niet-voorziene gebruiken te signaleren.
REACH
REACH staat voor Registration, Evaluation, Authorisation and Restriction of Chemical substances of de registratie, evaluatie, autorisatie en beperking van chemische producten. REACH is een Europese verordening die een nieuw Europees beleid voor het beheer van chemische stoffen invoert.
Het voornaamste doel ligt in de betere bescherming van gezondheid en milieu en de versterking van de concurrentie en de vernieuwing binnen de Europese Unie.
Bedrijven dienen informatie ter beschikking te stellen over elke stof die zij willen produceren of importeren in hogere volumes dan een ton per jaar. Deze regel geldt zowel voor nieuwe als bestaande stoffen.
Aan deze verordening zijn (pre-)registraties, evaluaties, toelatingen en beperkingen verbonden. Al deze stappen vallen onder de verantwoordelijkheid van producenten en importeurs.
In heel deze keten opereert Proximus enkel als gebruiker van apparaten die deze stoffen en/of preparaten bevatten.
CLP
Op 20 januari 2009 is een nieuwe verordening met betrekking tot de etikettering en indeling van stoffen en preparaten van kracht geworden. Ze is bekend als de CLP-verordening, wat staat voor Classification, Labelling en Packaging (van stoffen en preparaten).
De CLP-verordening vervangt de bepalingen met betrekking tot de indeling en etikettering van stoffen (titel XI van de REACH-verordening). Doordat zij het systeem voor indeling en etikettering vervangt, is de CLP-verordening een noodzakelijk instrument voor de implementering van de REACH-verordening.
De indeling van de chemische producten maakt het immers mogelijk de gevaren die de chemische producten opleveren voor de gezondheid van de mens en voor het milieu te identificeren. Dit is dus een essentiële parameter van het REACH-proces, want talrijke bepalingen van deze verordening zijn gebaseerd op deze indeling en etikettering of verwijzen ernaar.
De CLP-verordening verscheen op 31 december 2008 in het Publicatieblad van de Europese Unie en is op 20 januari 2009 in werking getreden.
Ze voorziet evenwel in een overgangsperiode waarin de twee indelings- en etiketteringssystemen, bestaand en nieuw, naast elkaar bestaan. Het nieuwe systeem is in werking getreden op 1 december 2010 voor zuivere stoffen en is verplicht voor preparaten sinds 1 januari 2015.
Voor stoffen die dateren van voor december 2010 en nog op de markt zijn bleef de oude verordening van kracht tot 1 december 2012. Hetzelfde geldt voor preparaten, maar die situatie moet worden geregulariseerd vóór 1 juni 2017.
Het systeem voor de indeling en de te voorziene etikettering valt volledig onder de verantwoordelijkheid van de fabrikant en/of de importeur.